Storytelling voor boeken? Praktische tips voor schrijvers

Storytelling, voorbeelden en persoonlijke verhalen helpen om je lezer mee te nemen in jouw redenering of verhaal. Storytelling is niet alleen voor fictieboeken zoals thrillers of romans. Het maakt ook non-fictieboeken zoals zakelijke boeken en (auto)biografieën veel beter.

Iedereen kan namelijk een bepaalde les of theorie uitleggen. Wat jouw boek zo speciaal maakt, is JOUW kijk erop, JOUW ervaringen, persoonlijke verhalen en voorbeelden.

Storytelling dus. Maar hoe dan? Hierbij vijf praktische tips voor betere storytelling in jouw boek.

1.    Houd aantekeningen bij en gebruik wat je al hebt

Als je een dagboek hebt bijgehouden, social media posts hebt gemaakt, of regelmatig blogs, e-mails of brieven schrijft, zijn dat geweldige bronnen voor je storytelling. Hierin heb je – op het moment dat iets speelde – die gebeurtenis, je emoties, exacte uitspraken en verdere details beschreven die je verhaal nu veel levendiger kunnen maken.

2.    Gebruik de reis van de held voor je verhaallijn en spanningsboog

We zijn gewend dat Hollywood films en bestseller boeken een bepaalde verhaallijn volgen, en dat is niet voor niets. Je zult ‘de reis van de held’ herkennen in alle goede verhalen.

Je hoeft deze opbouw niet precies te volgen, maar je begrijpt waarschijnlijk dat de weg naar succes niet een rechte lijn is. Hij kent vele ups en downs. Neem je lezer mee door alle fasen.

3. Doorbreek de chronologie

De biografie van Richard Branson begint met een luchtballon die dreigt neer te storten. Je hebt geen idee wie Richard is of hoe hij in die luchtballon terecht is gekomen, maar je wordt direct in het verhaal gezogen. Daarna leren we hoe hij zijn ‘Virgin’ imperium heeft opgezet en hoe hij uiteindelijk die balloncrash overleeft.

Het eerste hoofdstuk van een succesvolle biografie begint nooit met “toen ik geboren werd, was ik erg jong”. Het valt meestal met de deur in huis: midden in een super spannende scène, die natuurlijk eindigt in een ‘cliffhanger’. Dan volgt het perfecte moment om de achtergrond en voorgeschiedenis van de hoofdpersoon te vertellen. Op een gegeven moment kom je dan vanzelf weer terecht in die spannende scène, waarvan je nu wel de context weet, en leer je hoe het afloopt.

4. Neem de lezer mee in wat jij TOEN wist

In fictieboeken (en autobiografieën) komt het vaak voor dat je jouw eerste ontmoeting met een persoon beschrijft, die later in het verhaal helemaal niet zo leuk blijkt te zijn. Bijvoorbeeld een zakenpartner die je belazerde of een liefdespartner die niet zo lekker in haar vel zat.

Probeer bij de eerste kennismaking in je boek niet meteen al je twijfels en wrok over die persoon uit te storten. Laat de lezer met jou meeleven, met wat je op dát moment wist en voelde. Dus die man die jou later een vechtscheiding bezorgde, gaf jou bij de eerste ontmoeting vlinders in je buik. Focus daarop en neem de lezer stap voor stap mee in alle leuke dingen die je in hem aantrokken. Na een tijdje komt de eerste twijfel op, maar die bedek je (samen met de lezer) met de mantel der liefde. In de loop van de tijd komen er steeds meer twijfels of irritaties, totdat je op een gegeven moment, samen met de lezer, op een twijfelpunt belandt: gaat dit wel of niet werken?

Balanceer samen met je lezer een tijdje op dat punt, met alle ups en downs die erbij komen kijken. Pas daarna kom je op het punt waar je nu bent: met alle kennis en ervaring en het complete plaatje. Veel schrijvers gaan hier te snel: “Ik ontmoette Peter en zag meteen dat hij een narcist was.” O ja? Als dat zo is, waarom ben je dan met hem getrouwd?

5. Verwerk dingen die vandaag gebeurd zijn

Heb je net een film gezien, een discussie gehad, een probleem van een cliënt opgelost? Dat onderwerp, dat nog zo vers in je geheugen zit, heeft nog die frisse energie die een verhaal een sprankel kan geven. Ga niet wachten tot het ‘past’ in je planning; schrijf het meteen op. Vang die sprankel! Je lezers zullen je er dankbaar voor zijn.