Moldova

Mijmeringen over Moldavië (8 t/m 17 april 2006)

Met een veel te zware doos pennen voor de arme schoolkinderen stap ik op het vliegtuig. Ik ben uitgenodigd door hulporganisatie Dorcas om met een aantal ondernemers een paar projecten in Moldavië te bezoeken. Een mooie gelegenheid om ontwikkelingshulp weer eens van dichtbij mee te maken, in plaats van alleen op papier. Mijn vader sluit ook aan voor de rondreis, om daarna samen met mij een paar dagen extra te blijven om dit bijzondere landje te verkennen. Er komen maar 20.000 buitenlandse bezoekers per jaar, en daar was ik er in 2006 één van!!!

De eerste vraag is natuurlijk “where the f*** is Moldavië?!?”. Dit kleine landje ligt tussen Roemenië en Ukraine en was vroeger onderdeel van de USSR. Het is qua oppervlakte ongeveer even groot als Nederland maar heeft slechts vier en half miljoen inwoners. Het land is vlak, zonder bergen en de grond is enorm vruchtbaar. Moldavië werd ook wel de graanschuur van Rusland genoemd.

Na de uiteenvalling van Rusland, gaat het niet zo goed met Moldavië: het is een van de armste landen van Europa. Er is maar liefst 80-90% werkloosheid! 25% van de Moldaven woont tegenwoordig in het buitenland. Iedereen die we ontmoeten heeft wel een zoon of dochter die in Italië, Griekenland of ander Europees land werkt. Deze mensen sturen geld naar huis, waarvan veel nieuwe huizen worden gebouwd net buiten de hoofdstad Chisinau. Verder zien we veel oude Soviet gebouwen; grijze skeletten, vaak niet afgemaakt.

Veel jonge vrouwen die uit de armoede weg proberen te komen, worden met valse beloftes over goedbetaald werk in het buitenland de prostitutie in gelokt. Of nog erger: verkocht aan de orgaanhandel. Mensenhandel schijnt in Moldavië echt een enorm probleem te zijn. We hebben verschrikkelijke verhalen gehoord! Meisjes uit wees- en kindertehuizen kunnen nergens heen als ze puber zijn en het huis moeten verlaten en zijn vaak het slachtoffer. We hebben gehoord dat 80% van hen in de mensenhandel terechtkomt.

We bezoeken o.a. een aantal projecten die een aantal meisjes uit weeshuizen opvangen en hen leren voor zichzelf te zorgen. Maar hoe goed dit werk ook is, het zijn slechts 10, 20, 30 meisjes en er zijn er zoveel meer….

Omdat de grond zo vruchtbaar is, verbouwt iedereen een stukje land voor eigen consumptie. Er worden veel druiven verbouwd (Moldavië produceert erg goede wijnen!) en de combinatie van grote hoeveelheden zelfgeproduceerde “huis”wijn, werkeloosheid en uitzichtloze armoede zorgt voor veel alcoholisme.

Zoals gewoonlijk kijk ik bij een “nieuw” land eerst in de Lonely Planet naar wat de culinaire verrassingen, ofwel de nationale gerechten zijn. Veel simpele, pure “boerengerechten” met groenten en vlees, maar ook wat “exotische” gerechten: Wat dacht je van een soep van kippe-ingewanden? Of een gelei van varkenshoeven? Ik beperkte me tot de topper: maïspastei met sour cream en verse kaas erover. Trouwens, overal bleek sour cream (vers!) overheen te gaan!

Zomaar wat opvallende zaken:

Straatbeeld

* Mensen hebben “Russische koppen”. Lomp, ongezond, grauw. Vrouwen, vooral oudere, dragen gebloemde hoofddoekjes en lopen gebogen van het vele werken op het land.
* Bijna iedereen rookt sigaretten. Op straat, in de bus en auto, in restaurants, hotels, winkels, je wordt helemaal gek van de rook.
* De mode is hier: hoge (lies)laarzen, liefst van wit plastic, met enorme dunne stiletto hakken eronder. Dat je daarmee de helft van de tijd door de modder loopt, maakt niet uit: mode gaat voor alles! De eerste keer dat we ze zagen was bij een dikke, lelijke vrouwelijke douane beambte op het vliegveld, die ze onder haar leger uniform aanhad: Opvallend!
* Er rijden weinig auto’s en veel paard en wagens op straat. Zodra je de stad uit bent, zie je de gammele houten wagens met kleine, broodmagere paardjes ervoor. Mensen, aardappels, varkens, alles wordt erin vervoerd.
* De wegen zijn extreem slecht. Gaten, kuilen, soms alleen modderweg die bij regen onbegaanbaar wordt. Chauffeurs zijn erg kundig in het omzeilen van de gaten en hobbels.
* Als je iemand met zijn auto de weg over ziet slingeren, is de chauffeur echter NIET dronken: de man is alert en ontwijkt zo de gaten in de slechte weg. Als iemand rechtuit rijdt, weet je dat hij dronken is, dan gaat hij door alle gaten, werd me uitgelegd…
* Langs de wegen ligt overal afval en plastic.
* Als we in een klein arm dorpje rondlopen, vallen we bijna in een gapend gat midden in de weg. De putdeksel blijkt gestolen te zijn om als oud ijzer te verkopen
* In de stad zijn veel oudere mensen wantrouwend en op zichzelf. Aan de andere kant zijn er jonge “yuppen” die in BMW’s en zelfs Hummers rondrijden en naar trendy clubs gaan. Over het algemeen zijn mensen erg vriendelijk en gastvrij, vooral in de dorpjes.
* Moldaviers zijn gewend aan het Russische systeem. Zelf nadenken, initiatief nemen en plannen zijn totaal nieuw. Het gaat veel tijd en inspanning kosten om de omslag in denken en mentaliteit te maken.

Wonen

* De huizen in de dorpen zijn erg kleurrijk: het hout is felblauw of groen geverfd met witte accenten en versieringen.
* Bijna ieder huis heft een hek. Mooi versierd en prachtig beschilderd. Wat er achter dat hek staat is vaak te schamel voor woorden, maar Moldaviërs zijn trots en willen niet laten zien dat ze arm zijn.
* Liever 3 dagen niet eten en mooie kleren dan er armoedig uitzien…
* Water komt voornamelijk uit waterputten. Ieder huis of straat heeft er een en ze staan ook langs de weg.
* Elk huis heeft een of meerdere honden. De arme scharminkels liggen vaak aan de ketting en vele zijn vals. Ze hebben de functie van “deurbel” en blaffen hysterisch als er iemand langskomt. Maar ze zijn doodsbang voor mensen en worden slecht behandeld. In de winter (-30 graden!) krijgen ze wat stro tegen de kou…
* De grond is een van de meest vruchtbare ter wereld. Vroeger was Moldavië de graanschuur en wijnkelder van Rusland. Iedereen heeft een klein stukje grond bij het huis en vaak een groter stuk grond verderop. Daar worden druiven voor eigen wijn verbouwd, aardappels en groenten voor eigen gebruik.
* Er staat bij ieder huis een soort kooi met gedroogde maïs in de tuin.
* De gelukkigen hebben een koe of paard.
* Ook al is het zonnig (voorjaar is net begonnen), toch loopt iedereen nog dik gekleed. Oma’s met verschillende lagen maillots, slofjes en een rok erover heen. Kinderen met mutsen, dikke truien en jassen. Alsof ze nog niet kunnen geloven dat de strenge winter over is. We merken dat het weer ineens kan omslaan met wind, regen en kou, dus ze hebben nog gelijk ook! Maar ik blijf de pijpen van mijn afritsbroek aan en af ritsen en jas en trui aan- en uittrekken. Als je niet zo’n strenge winter hebt meegemaakt, dan ben je een stuk optimistischer en flexibeler dan de Moldaven…
* In de winter is het zo koud, dat arme mensen slechts één kamer in huis gebruiken. Meer kunnen ze niet verwarmen met de paar takjes voor de kachel die ze weten te vinden onder de sneeuw. Ze slapen vaak met zijn 5-en of 7-en in een kamer, die koud, vochtig en schimmelig is. Met een of beide ouders die aan de alcohol zijn, geen verwarming en niets te eten. In en in triest! Alsof deze levensomstandigheden nog niet erg genoeg zijn, komt mishandeling en incest ook vaak voor.
* Bij ieder huis staat een gammel houten WC hokje (gat in de grond) buiten in de tuin. Kan je je voorstellen hoe dat ‘s winters moet zijn?!?

Arme families

We bezoeken met Dorkas een aantal projecten en families. Twee opvanghuizen voor meisjes die uit een kindertehuis komen, een kantina (gaarkeuken) en activiteitencentra voor arme kinderen etc. Veel armoede. Maar het is gek hoe je zelf gaat proberen te oordelen “die is niet zo arm, want die heeft een mooie jas”, of “die familie heeft eigenlijk geen hulp nodig, want ze hebben een koe of geit”. Er zijn altijd mensen die nog minder hebben dan een ander. In Moldavië speelt echter ook de trots mee (zich beter voordoen) en er wordt uit wanhoop ook gelogen. Het is voor ons onmogelijk te bepalen wie het armst is of het meest hulp nodig heeft. Die vrouw met die alcoholisch man, of juist niet? Over één ding zijn we het eens: de vrouw die met terminale kanker in het ziekenhuis ligt, haar 4 kinderen (jongste van nog geen jaar) moest achterlaten bij haar alcoholische man, in een koud, vochtig en schimmelig huis van 2 kamers, verdient beter. Terwijl we bij haar kids op bezoek zijn, komt ze aangestrompeld uit het nabij gelegen ziekenhuis om haar kinderen te bezoeken. De dood staat al in haar ogen en ze is nog geen 40 jaar. We voelen ons allemaal machteloos als we weer in onze bus stappen op weg naar het volgende project. Wij gaan na een dag “ellende-toerisme” terug naar ons luxe hotel, voor haar en voor zovele anderen is er “no way out”…

Wanhopige oma

Aan het eind van de middag geven we een lift aan een oud vrouwtje dat langs de weg staat. Ze blijkt 59 te zijn, maar ziet eruit als 89. Nog twee verrotte tanden in haar mond, getekend gezicht, gebogen rug, oude, vieze kleren, het bekende hoofddoekje. Ze was op bezoek geweest bij haar man in de gevangenis. Had hem brood gebracht, hoewel ze zelf niets heeft. Ze zou eigenlijk bij iemand mogen logeren, maar toen die persoon hoorde dat ze in de gevangenis was geweest, werd ze weggestuurd. Terwijl ze haar verhaal in hoten en stoten aan onze gids/tolk vertelde, begon ze te huilen. Haar zoon is uit ellende naar Rusland gevlucht een lag na een auto ongeluk 3 maanden in coma in een ziekenhuis daar. Liet zijn kinderen met zijn alcoholische vrouw achter. Van het karige pensioentje van deze oma is niets meer over, omdat na de val van het communisme het gespaarde geld door de torenhoge inflatie niets meer waard is. Met tranen in haar ogen vertelt ze haar wanhopige verhaal. Het is allemaal niet haar schuld (gevangenis, zoon weg etc.). Wat kan ze doen? De wanhoop staat in haar ogen. We geven haar wat geld en een bloemetje dat we net langs de weg hebben gekocht. Ze geeft me een kus (heeft al maanden haar twee tanden niet meer gepoetst!) en gaat verder, op weg naar huis, of wat daarvan over is. Een typisch verhaal voor vele mensen hier. Het staat bij ons op ons netvlies. We zijn allemaal aangeslagen en kunnen haar niet uit ons hoofd zetten.

Niet bestaand land

Als de anderen terug zijn naar Nederland, bezoeken paps en ik Transdniestrië: een “niet bestaand land”. Maar wel met een eigen grenspost, douane, uniformen, politie, eigen taal, geld, postzegels etc. Lees het mini-verslag.

Plattelands picknick

Na dit surreële avontuur, laten paps en ik ons naar een afgelegen dorpje in het zuiden van Moldavië rijden. Cioborciu heeft ca 3000 inwoners (900 huizen) en ligt ca. 100 km van de hoofdstad, de laatste 15 kilometer over een onbegaanbare modderweg. We logeren bij Pavel en Nelli, die een kamer in hun huis verhuren aan toeristen, als die er überhaupt al zijn. 25 euro per nacht, inclusief eten en drinken. En dat doen we, tot we helemaal scheel zien! Nelli kookt de sterren van de hemel en alle lokale specialiteiten uit de Lonely Planet (en meer!) komen voorbij. De dingen met varkenshoeven en kippe-ingewanden slaan we over. Paps waagt zich wel aan de soep met (grote!) vissenkoppen, ik houdt het bij ‘mamaliga cu brynza si smantana’ (maispastei met kaas en sourcream), ‘sarmales’ (rijst met groenten in koolbladeren) en ‘placinta’ (bladerdeeg met kaas, ui en ei, of pompoen met suiker). Onze gastheer en vrouw spreken geen woord Engels, maar toevallig heeft Pavel een jaar in Portugal gewerkt en spreekt hij Portugees! Ik ook, dus we kunnen echt communiceren! Paps spreekt een beetje Spaans en kan ook een hoop volgen en zeggen. De overbuurvrouw (“Vecina Zina” ) spreekt een beetje Frans en Italiaans en Nelli spreekt Moldavisch, Roemeens en Russisch, maar omdat het allemaal Latijnse talen zijn kan ze veel volgen. Deze “salade van talen” maakt het tot een Babylonische ervaring, waarbij altijd een aantal mensen uit ons groepje niet of maar half begrijpen waar het over gaat en daar dan weer in een andere taal op reageren etc.
Nelli en “Vecina Zina” nodigen me een avond uit in de sauna in Zina’s huis. Een kamertje is aan de binnenkant betimmerd met ijzer en is tot 100 graden gestookt. De douche is buiten het huis, dus het wordt een droge sauna. Op een gegeven moment is het zo heet dat ik zelfs mijn haar niet meer kan aanraken! Een bijzondere ervaring!
We maken ook een boottochtje op de Dniestr rivier met een dronken buurman.
Het halve dorp komt op bezoek bij Pavel en Nelli en iedereen neemt een plastic waterfels met huisgemaakte wijn of wodka mee. We proeven heel wat brouwsels en ze zijn echt goed. De hele dag door wordt gepimpeld. Het begint ’s ochtends al, voor de lunch. Een vrolijk leven, wat uitzichtloos kan worden als je jezelf niet in de hand hebt…
De laatste dag, zondag, worden we uitgenodigd voor een traditionele picknick in het bos. Vel gezinnen rijden het bos in, parkeren de auto met deuren open en muziek luid, en eten vervolgens op een kleedje brood, kaas, wijn en zonnebloempitten. De burgermeester is ook mee. Hij wil wel naar Nederland komen om mijn huis te helpen schilderen…

Algemene observaties over hulpverlening:

* Eigendomsverhoudingen zijn belangrijk. Van wie is het gebouw of project dat wordt ge/verbouwd?
* Lokale kerken zijn een belangrijk netwerk voor hulpverlening. Zij kennen de bevolking, weten wie het hardst hulp nodig heeft en kunnen vrijwilligers mobiliseren.
* In Moldavië zijn de Baptist en Pentecostal (pinkstergemeente) kerken relatief nieuw en roepen soms wantrouwen en tegenwerking op van de orthodoxe kerk.
* Belangrijk om te realiseren voor hoeveel mensen een kerk of project hulp biedt. Soms wordt een dure nieuwe kerk gebouwd voor 30 mensen! (vaak gefinancierd door Amerikaanse kerkgemeenten)
* Wordt hulp verleend zonder aanzien van ras of geloof? Of is evangelisatie als een van de doelstellingen?
* Wat is het % religieuze projecten t.o.v. sociale projecten?
* Het gaat om MENSEN, niet om projecten of organisaties. Sommige hulpverleners zijn zo bevlogen, zo kundig, dat je er gewoon vertrouwen in hebt dat zij het zullen regelen. Soms ziet het er op papier perfect uit, maar inspireert de persoon die het moet doen geen vertrouwen. Mijn stelling is dat mensen het belangrijkst zijn en een project kunnen maken of breken.
* Wat als de initiatiefnemer, de drijvende kracht wegvalt? Bijvoorbeeld als en buitenlander weer weg gaat?
* Local involvement is essentieel voor de aansluiting bij de cultuur, de continuïteit en het draagvlak. Lokale bevolking moet betrokken / leidend zijn.
* Is een project bedoeld om noodhulp te geven? Als de hulp stopt, zijn mensen weer terug bij af. Of wordt er ook aandacht besteed aan “development”? Proberen mensen in hun eigen behoeften te laten voorzien, zodat ze geen hulp meer nodig hebben? Combi van beide is vaak het beste.
* Zijn de kosten pp in het project in verhouding tot het nationale inkomen? Als het bijvoorbeeld 3000 euro per persoon kost om iemand een cursus te geven, maar het nationale inkomen is 600 euro per jaar, kan je dan niet beter 5 mensen helpen?
* Armoedebestrijding: begin klein: dichtbij de mensen. Verwacht niet te grote resultaten.